Toen we onderweg even pauzeerden vroeg ik Noor of ze dat artikel ook had gelezen in de krant. “Welk artikel en in welke krant Rachel?” “O, ja, een artikel over rijangst in het Volkskrant Magazine op zaterdag.” “Dat heb ik inderdaad gelezen,” antwoordde ze, “wat vond je er van?” “Nou, ik herkende er wel wat dingen in. Mijn rijinstructeur was ook zo ongedurig en ontevreden over hoe ik reed. Hij schreeuwde zelfs tegen mij. En toen ik mijn rijbewijs had, had ik geen geld voor een auto en woonde in Amsterdam, dus tja. Wat die journaliste beschrijft over al haar twijfels herken ik ook. Ken jij die psychotherapeute waar zij het over heeft?” “Jazeker. Toen haar boek over rijangst uitkwam, heeft ze contact met mij opgenomen. Ze verwijst ook wel cliënten naar mij,” vertelde Noor.
“Grappig trouwens,” ging ik verder, “dat die therapeute het over een filmpje maken heeft. Ik heb dat filmpje wat jij had gemaakt tijdens de vorige keer op de snelweg vaak gekeken. En ik moet eerlijk toegeven dat het daardoor ook minder eng wordt.”
Schellingwouderbrug
“Mooi,” zei Noor, “genoeg gekletst, we gaan naar de Schellingwouderbrug. Daar had je het laatst nog over. Wat is daar voor jou lastig?” “Nou, ehh vooral de aanloop er naar toe, die lange weg vóórdat je op de brug bent,” zei ik. “Mmm, hoe ziet die weg daar naar toe er dan uit voor je?” vroeg Noor. “Het lijkt wel een slang die aan het eind zijn kop omhoog doet,” antwoordde ik. “Klinkt niet aantrekkelijk inderdaad. Concentreer je eens op dat beeld, hoe ziet die slang er voor jou uit? Stap eens helemaal in het beeld en zie, voel, hoor hoe dat is voor je.”
Eerst vond ik het heel naar om echt zo dat beeld in te gaan maar door steeds iets te wijzigen in mijn voorstelling, voelde het al anders. Dus: op naar de brug!
Op weg daarheen zei ik tegen Noor dat ik het toch wel erg fijn vind dat ze zowel therapeute als rijinstructeur is. Zodoende heb ik eigenlijk alles in 1.
Rachel